D4E1 Maxi Bibber

Maxi Bibber werd ontwikkeld voor volwassenen met een verstandelijke beperking. Het spel is een variatie op 'Dokter Bibber'. De spelers nemen om beurt, met behulp van een grijptang naar keuze (spaghettitang, pincet...) een voorwerp uit het lichaam zonder hierbij de rand van het gat aan te raken. Tijdens het grijpen leggen ze één hand op een aluminium vlak op het spelbord, waardoor er een (eventueel zelf ingesproken) geluid afspeelt als ze de rand raken. Nadien wordt een quizvraag/doe-vraag gesteld over het menselijk lichaam waar alle deelnemers op antwoorden. Deze vragen worden opgedeeld in 3 categorieën: makkelijke vragen, moeilijke vragen en doe-vragen. Met dit spel wordt enerzijds de grove en fijne motoriek getraind en anderzijds wordt het educatief ingezet, door de spelers iets bij te leren over het menselijk lichaam.

Materiaal:

- 2 isomoplaten (120cm x 60cm)

- Koperplakband

- Makey Makey en eventueel extra koperdraad met striptang

- Brede doorzichtige plakband

- Cuttermes

- Boormachine

- Verf (voor het mannetje)

- Witte plakkaatverf

- Spuitbus goudverf

- Eventueel zwarte plakband

- 2 grote witte kartonnen (120cm x 60cm)

- Plastificeer machine

- 2 oude doosjes (klein en groot)

- Printer + papier

- Voorwerpen voor in de gaten (knikker, dopje van een fles, legoblokje...)

- Eventueel 3D printer om nog extra voorwerpen te maken

- Verschillende soorten grijptangen

1. Het bord bestaat uit drie flappen (één volledige en twee halve isomoplaten). Op de middelste flap komt het mannetje met de gaten waarin voorwerpen liggen. Op de buitenste twee flappen komen in totaal vier vlakken uit aluminium folie. Hier zullen de spelers hun hand moeten op leggen terwijl ze voorwerpen grijpen. De buitenste twee flappen kan je naar binnen plooien, waardoor het mannetje niet meer zichtbaar is (zie foto's). Hierdoor is het spel iets compacter om te transporteren.
2. Teken het mannetje op één van de isomoplaten en teken de gaten in het mannetje. Let op, met één Makey Makey kan je bij maximaal zes gaten een geluid voorzien. Zorg ervoor dat de gaten voldoende groot en breed zijn. Bij te smalle gaten is het voor de cliënten te moeilijk om voorwerpen uit de gaten te halen zonder de randen te raken. Snij vervolgens de gaten uit het materiaal, dit kan met een cuttermes.
3. Op de achterkant van het spelbord wordt de Makey Makey bevestigd. Snij gleufjes in de isomo van aan de Makey Makey tot aan de gaten. Hier komen later de draden in.
4. Snij de overige isolatieplaat in twee gelijke delen. Op elk deel komen twee vlakken koperplakband. Om een goede werking van de makey makey te verzekeren, plak je best twee lagen plakband over elkaar. Voor een mooie afwerking kan je deze aflijnen met zwarte plakband. Langs de zijkant van de twee zijflappen, ter hoogte van de vlakken met koperplakband, boor je een gat (zie foto's). Let op, het is niet te bedoeling dat je door heel de breedte boort. Boor enkel van de zijkant tot aan het vlak met koperplakband.
5. Installeren van de Makey Makey:
   1. Elk gat in het lichaam wordt door middel van een koperdraadje (zit in de set van de Makey Makey) verbonden met een van de gaten in het witte gedeelte van de Makey Makey.
   2. De vier vlakken met koperplankband worden verbonden met de aarding van de Makey Makey (grijze gedeelte). Hiervoor wordt er in de middelste flap een gleufje naar de zijkant gemaakt, waarna het koperdraadje via het geboorde gat in de zijflappen met de vlakken koperplakband verbonden wordt.
   3. De gaten in het lichaam worden nu langs de binnenzijde afgewerkt met koperplakband. Net zoals bij de vlakken op de zijflappen, plak je best twee lagen over elkaar. zorg ervoor dat de koperdraadjes (zie 5.1) goed verbonden zijn met de koperplakband.
   4. Als laatste zorg je ervoor dat ook de USB-kabel voor in je computer verbonden is met de Makey Makey. Ook hier maak je een gleufje voor, best naar de onderkant of bovenkant van het bord.
   5. Open op je computer het programma scratch. Hier kan je zelf geluidjes opnemen, die worden afgespeeld wanneer je tegen de rand van een gat komt. Zie foto's voor de juiste combinaties op scratch.
   6. Als laatste is het belangrijk om te testen dat alles zeker werkt. Dit doe je door je hand op een van de vlakken te leggen terwijl je met een ijzeren voorwerp tegen de rand van de gaten tikt. Test zeker alle vlakken en alle gaten eens. Het is niet omdat één gat of één vlak werkt, dat ze allemaal werken.
6. Wanneer je zeker bent dat alles werkt, kan je de twee zijflappen vastplakken aan de middelste flap. Let er op dat je enkel langs de voorzijde plakband kleeft, zodanig dat je het spelbord nog kunt toe plooien. Langs de achterzijde van het bord kan je een karton plakken. Ook dit wordt opgedeeld in drie stukken, zodat je het bord kunt toeplooien. Het karton zorgt enerzijds voor een mooier uitzicht van het spel en anderzijds zorgt het ervoor dat de gaten aan de achterkant dicht gemaakt worden.
7. Als laatste kan je het spel nog aantrekkelijker maken door het mannetje te schilderen en eventueel de flappen te versieren.

1. De vragen voor op de quizkaartjes kan je zo moeilijk of makkelijk maken als je zelf wilt. Natuurlijk hangt dit ook zeer sterk af van het niveau van de deelnemers. Onze doelgroep heeft een ontwikkelingsleeftijd van 4-6 jaar. We hebben er dus voor gekozen om niet te moeilijke vragen te nemen, waarbij de spelers kunnen kiezen uit een aantal antwoorden. Deze vragen hebben we opgesplitst in makkelijke vragen en moeilijke vragen. Daarnaast hebben we een aantal doe-opdrachten met telkens een leuk weetje. Wij hebben gekozen met een lay-out waar dokters op staan, om in het thema van het spel te blijven, maar uiteraard kan je ook hier vrij in kiezen wat je doet. De kaartjes maakten we met het programma 'Powerpoint' van Microsoft. Het is belangrijk dat de kaartjes geplastificeerd worden. Hierdoor gaan ze minder snel plooien of scheuren en kunnen ze ontsmet worden.
2. Daarnaast hebben wij een doosje gemaakt om de kaartjes in te stoppen. De lay-out van het doosje is dezelfde als van de kaartjes. Voor het doosjes gebruikten we een bestaand doosje, dat we met gekleurd papier afgewerkt hebben.

1. Voor de voorwerpen in de gaten hadden wij twee categorieën. Enerzijds gebruikten we alledaagse voorwerpen (legoblokje, dopje van een flesje, knikker...). Hier kan je sterk graderen in de voorwerpen. Een dopje van een flesje is bijvoorbeeld makkelijker te grijpen dan een knikker. Anderzijds hebben we ook een aantal voorwerpen geprint met een 3D-printer (zie de bestanden). Om deze bestanden te kunnen openen moet je het programma 'Dremel DigiLab 3D Slicer' op je computer hebben.
2. Om te grijpen gingen wij opzoek naar huis, tuin en keukenmateriaal. Zo hebben we bijvoorbeeld een spaghettitang, suikertang, pincet... Ook hier kun je sterk in graderen. Sommige voorwerpen (zoals een dopje van een flesje) zijn makkelijker te grijpen met een pincet, terwijl voorwerpen zoals bijvoorbeeld een knikker makkelijker te grijpen zijn met een spaghettitang of suikertang.
3. Om al deze spullen, samen met het doosje met de kaartjes, bij elkaar te houden, maakten we nog een doos. Dit is ook gewoon een bestaande doos die we afgewerkt hebben met eigen materialen.